Ik heb alle schrijvers met me meegenomen naar huis. Echt waar. Soms ontmoet je namelijk mensen die een onuitwisbare indruk achterlaten en wier aanwezigheid onverminderd sterk blijft, ook wanneer ze niet fysiek in de buurt zijn. Dus de laatste avond van het festival, in de Arenbergschouwburg te Antwerpen, kocht ik van alle auteurs die me fascineerden een boek, van sommige zelfs twee. Benieuwd naar het werk van mijn Chronicles-collega’s, schafte ik me ik ieders roman aan, maar toen ik hen zocht om er een krabbel in te zetten, waren ze nergens te bespeuren. Opgegaan in de menigte, zonder twijfel genietend van de laatste avond van het Crossing Border-festival. Buiten regende het pijpestelen, binnen was de warmte niet alleen een warmte die wetenschappelijk meetbaar was. We wilden allemaal nog andere acts meepikken, opgaan in dat ene optreden, nog even praten met die persoon die we misschien nooit meer zouden zien.
Sinds het openingsdebat over de vrijheid van meningsuiting met Sandro Veronesi, was ik benieuwd naar het werk van deze Italiaanse auteur die als een van de belangrijkste hedendaagse schrijvers wordt beschouwd. Aan het standje van De Groene Waterman kocht ik de alomgeprezen romans Kalme chaos en Troje brandt. Heel verlegen wachtte ik het moment af waarop ik Veronesi kon vragen om een handtekening in Kalme chaos te plaatsen. Ik gluurde vaak, niet al te subtiel, naar hem en net voor hij de deur naar de backstageruimte wilde openen, vroeg ik het hem. ‘Naima, ciao. Sandro Veronesi’ krabbelde hij erin, me een glimlach schenkend van een vermoeid, maar tevreden man. Ik heb intussen de roman gelezen en die prikkelt me. Niet alleen als lezer, maar ook als schrijver. Ik voel me weer geneigd technieken te bestuderen van anderen, ze te analyseren op verschillende niveaus en ze misschien toe te passen op mijn schrijven. Zijn oog voor detail en dat angstaanjagend dissecterend observatievermogen wil ik ook ontwikkelen op papier. Ik weet niet of ik het zal kunnen op dié manier, maar dat hoeft ook niet, want ik beoog het te bereiken op míjn manier.
Crossing Border lijkt zo lang geleden. Nu het gewone leven weer zijn gangetje gaat en de dagelijkse verplichtingen vervuld moeten worden, lijkt het als ik terugkijk wel alsof we even volop mochten opgaan in de kunsten, enkele dagen afgesloten van de buitenwereld om te genieten van andermans werk. Ik ben er rotsvast van overtuigd dat ik zonder Crossing Border nooit mensen zou hebben ontmoet als Jim White, Andrew Leland en Sandro Veronesi. Niet dat ik nooit een artiest tegen het lijf loop in mijn leven. Ik heb er al vele ontmoet en heb verscheidene boeiende conversaties gehad met collega-auteurs, maar weinigen kunnen als persoon ook je hart beroeren. Met de countryzanger Jim White had ik tijdens de busrit van Den Haag naar Antwerpen een diepgaande conversatie over het leven in Georgia, muziek, politiek en religie. Ik ging zo op in wat hij zei, dat ik niet eens merkte dat de trip anderhalf uur had geduurd. En er zijn tastbare bewijzen van dit gesprek. Hester Tollenaar had geregeld momenten vastgelegd met haar digitale camera en stuurde ze ons door na het festival. De glimlach op mijn gezicht, die intens gevoelige blik in mijn ogen waren echt, oprecht. Ik wil dan ook iedereen bedanken voor deze unieke ervaring en hoop dit ooit nogmaals te mogen meemaken. Hand on my heart.
Liefs
Naima